Je eigen flatje eerst op orde en dan eens verder kijken op de galerij

Processed with VSCO with x1 preset

Afgelopen week mocht ik een boeiende dialoog leiden tussen een aantal afdelingscoördinatoren en de managers van een school. Het thema dat we bespraken? Dat laat zich het beste samenvatten met de titel van deze blog. De coördinatoren hebben hun teams goed op orde. Daar hadden ze de laatste tijd hun aandacht en energie in gestoken. Nu verschoof de aandacht naar afdeling-overstijgende taken. Hoe gaan zij samenwerken aan grotere thema’s; hoe kunnen zij elkaar helpen en kennis delen; hoe gaan zij samen met de managers de school dragen?

Wat een belangrijk issue was in deze dialoog, was de vraag hoe de organisatie beter ingericht en aangestuurd kan worden. Hoe versterk je de bottom-up dynamiek: welke structuur-ingrepen moet je dan doen? Hoe laat je de stem van steeds meer medewerkers doorklinken in beleid? Hoe breng je de mensen meer op één lijn en vergroot je het draagvlak voor beleid? En als die werkvloer dan meer stem en invloed krijgt, rijst ook de vraag: en wat is dan niet aan de werkvloer? Wat is “Chefsache”? Wat is aan de kapitein en stuurlieden en niet aan de matrozen?

Wie ingrijpt in de structuur, verandert in mijn optiek ook tegelijk de cultuur. Terwijl diezelfde cultuur ook een tegenstrever kan zijn van diezelfde structuur-ingrepen die je doet.

Die werklijn hebben we ook verkend: welke structuur-ingrepen versterken de door ons gewenste cultuur? Een cultuur die we kunnen kenschetsen als betrokken, bevlogen; aanpakken en doen; informeel. Wat dit betreft hebben we iets te koesteren wat we kunnen uitbouwen. En wie bepaalt die gewenste cultuur dan? Zitten coördinatoren en managers bijvoorbeeld op één lijn als het over de managementcultuur gaat?

Het was veel en het was nog niet helemaal klaar toen we naar huis gingen. Maar het goede nieuws is dat ieders flatje op orde is, en dat er een goed gesprek gaande is met de buren op de galerij.