openstellen en op een dieper niveau verbinding maken

We zien het als onze opdracht bij areaconsult om het sociale weefsel van een team, een organisatie te versterken. Met andere woorden: om eraan bij te dragen dat intermenselijke relaties verbeteren. Dat kan op allerlei lagen: tussen teamleden, tussen afdelingen, tussen professionals in multidisciplinaire teams, tussen manager en medewerkers, tussen managers onderling, of tussen client en medewerkers, de familie van de client en het zorgteam.

Onze bevinding is dat er in veel organisaties wel oog is voor de inhoudelijke aspecten van het werk, maar in mindere mate voor menselijke processen en relaties. Hierover wil ik jullie meer vertellen. Het thema processen blijft hier onbesproken en wordt slechts impliciet meegenomen.

Hoe acteren wij als bureau als het gaat om dat sociale weefsel? Welke interventies doen we? En vooral: wat laten we?

De essentie van onze aanpak is te beschrijven als jezelf openstellen en op een dieper niveau verbinding maken met elkaar. Of het nu gaat om het contact met cliënten, medewerkers of managers. Dat lijkt zo gemakkelijk geformuleerd: jezelf openstellen en op een dieper niveau verbinding maken met de ander. Dat roept al meteen de vraag op of de zin niet moet luiden: jezelf openstellen, waardoor je op een dieper niveau verbinding kan maken.
Het eerste lijkt een voorwaarde voor het tweede te zijn. Terwijl het eerste, jezelf openstellen, niet meteen betekent dat je ook “als vanzelf” op een dieper niveau verbinding maakt. Daarvoor is wel initiatief nodig:

Je kunt de zee niet oversteken door alleen maar naar het water te staren.

Laten we terugkeren naar dat openstellen. Wat doen we precies wel of niet in onze werken binnen organisaties om daarin stappen te zetten?
Wat we vaak zien is dat mensen elkaar halfopen of gesloten benaderen. Men heeft een beeld van elkaar, een vooroordeel, een negatieve ervaring die nog voortleeft in de herinnering. Mensen denken elkaar te kennen, want ze werken veelal erg lang met elkaar samen. Maar ze weten niet wat ze niet weten. En dat blijkt vaak meer te zijn dat wat ze vermoeden.
We proberen daar vooral van dienst te zijn: om dat wat hindert in een goed contact, samen met medewerkers op te ruimen. Namelijk het oude zeer, de vooroordelen richting elkaar, het eenzijdige perspectief. In alle hectiek en drukte van iedere dag kunnen medewerkers elkaar gaandeweg kwijtraken. Al wil niemand dat!

Ons oordeel over de ander komt snel. Dat lijkt toch een oerwet te zijn waar we allemaal aan moeten geloven. Als we ook maar begrijpen dat ieder oordeel “overschreven” mag worden met een volgend. Mensen zijn hun eerste indruk niet. Alleen in deze haastige, oppervlakkige samenleving zijn wij er steeds meer op gaan leunen, op dat eerste oordeel. Denk aan sollicitanten, salesmensen of mensen die beter willen worden in netwerken.

Ons oordeel helpt ons niet altijd. Maar onze gedachten ook niet. Als we kwetsbaar, vermoeid of onrustig zijn vanbinnen, roept de ontmoeting met de ander al snel gedachten op, die meer over ons zeggen dan over de ander.

We don’t see things as they are; we see them as we are.

We zijn kampioenen in projecteren. En extern attribueren. Met andere woorden: iemand die ons raakt middenin onze eigen onrust, verwijten we dat hij of zij ons onrustig maakt.
We zien onszelf nog teveel in de ander. En daarmee zien we de ander niet, maar onszelf. Daarvoor zullen we onszelf dus moeten openstellen voor…. onszelf.
Kunnen wij ons wel openstellen voor een ander en met haar of hem een diepere verbinding maken zonder eerst hetzelfde met onszelf te doen? Laten we dus eerst het intra persoonlijke spoor lopen; en dan pas het interpersoonlijke spoor.

Die ontmoeting met onszelf, die vraagt moed. De moed om jezelf onder ogen te komen. Waarbij oordelen niet helpt en veel gedachten ook niet. Luisteren helpt misschien nog het meeste: luisteren om jezelf te horen. Die vaardigheid helpt natuurlijk ook enorm als je dan straks weer de ander ontmoet. De echte ontmoeting met de ander betekent dus ook een goede relatie opbouwen met jezelf. Waar “hou jij op en begint de ander”? Kan je waarachtig en met alles wat je in je hebt hier en nu in verbinding zijn met jouw omgeving? Heb je zintuigen of bèn je zintuigen?

Carlos Castenada noemt het “leven als een alerte krijger”. Tegenwoordig heet het mindfulness, professor Andries Baart heeft het over de presentietheorie en Scharmer schrijft erover in het boek “Theorie U”. “Je aanwezigheid is een interventie”, maar kan je ook daadwerkelijk helemaal in het moment aanwezig zijn? Kan je jezelf overgeven aan de wereld en niets achter of binnen houden?

Scharmer stelde samen met Peter Senge en Joseph Jaworski vast, dat de impact van onze interventies in sterke mate afhangt van het bewustzijnsniveau dat we op dat moment hebben. Die impact neemt toe als we in staat zijn te acteren met een open mind (zonder oordeel), een open hart (geen cynisme) en een open wil (zonder angst).
In het boek “Theorie U” wordt jezelf openstellen op een prachtige en praktische manier ingevuld en uitgewerkt.

Mooi om zo door het leven te kunnen gaan. In de Engelse taal is “present” niet alleen de tegenwoordige tijd of present zijn. Maar je kunt present zijn ook zien als een cadeau.

areaconsult ondersteunt graag bij het uitpakken hiervan. Zo wordt echt in contact zijn een groot cadeau.